Vraag:
Ik lees nogal eens in onderzoeken dacht er aan proefpersonen (essentiële) aminozuren worden toegediend. Wat ik mij daarbij afvraag is dan: betreft het vrije vorm aminozuren of gaat het gewoon om eiwitten of eiwitisolaat/hydrolisaat of peptiden?
Ik vraag mij dit af, omdat als ik aminozuren wil aanschaffen, dat er weliswaar op de potten (met grote letters) staat dat de inhoud aminozuren betreft maar kijk ik naar de ingrediënten dan betreft het zelden vrije vorm aminozuren maar betreft het peptiden, eiwithydrolisaat, (wei)eiwitisolaat en soms zelfs gemengd met gewoon wei-eiwitpoeder.
Wanneer praat men eigenlijk over toediening van aminozuren i.p.v. peptiden of eiwit(hydrolisaat/isolaat)?
Antwoord:
Als er essentiële aminozuren of BCAA’s worden toegediend is dit in de vorm van vrije aminozuren. Er is geen natuurlijke bron van peptiden met het hele spectrum aan essentiële aminozuren. Met BCAA’s is inmiddels wel een peptidemix gesynthetiseerd (50% BCAA’s). Maar hiermee is nog geen humaan onderzoek gedaan naar de effectiviteit. Complete eiwitten worden de komende decennia niet gemaakt en eiwitten hebben van nature nooit een profiel dat alleen bestaat uit essentiële aminozuren of BCAA’s.
Als je wei eiwit neemt bestaat dit van nature voor 50% uit essentiële aminozuren in een goede verhouding. Caseïne bevat iets minder EAA. Als je een dosering van 15 gram essentiële aminozuren wilt nemen zoals in onderzoek, dan kan je ook 35 gram wei eiwit gebruiken (inclusief correctie voor eiwitpercentage en vochtgehalte). Het effect is ongeveer gelijk.
Een dosering van 15 gram essentiële aminozuren kan je het beste splitsen in tweemaal 7 gram omdat je anders misschien de opname capaciteit van vrije vorm aminozuren overschrijdt. Dat heeft winderigheid tot gevolg. De niet opgenomen aminozuren worden verwerkt door darmbacteriën. Zwavelhoudende aminozuren die door bacteriën gefermenteerd worden resulteren in de bekende ‘rotte eieren lucht’.