Helft van afslanksupplementen en pre-workouts bevat verdachte pepmiddelen
Als je drie afslanksupplementen of pre-workout-formules koopt, dan bevat minstens eentje daarvan verboden stoffen. Dat was de uitkomst van een onderzoek dat de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) in mei van dit jaar publiceerde. Nou zijn die cijfers op zichzelf al verontrustend, maar voor wie de moeite neemt om zich iets verder in de materie te verdiepen is verontrusting geen adequate reactie. Paniek is beter.
Of boosheid.
Of allebei.
Voor de goede orde, het rapport van de NVWA kun je hier downloaden. Je leest erin dat de NVWA 118 afslanksupplementen en pre-workout-producten liet analyseren, en dat het lab in 66 daarvan – da’s dus in meer dan de helft - verdachte stoffen vond.
In 21 gevallen was er voldoende aanleiding om de betreffende producten van de markt te halen, en in 45 gevallen dus niet. In die gevallen vond het lab wel stoffen die wellicht een stimulerende werking hebben, en die misschien gevaarlijk zijn, maar die nog niet verboden zijn. Dus stond de NVWA machteloos.
Higenamine
Eén van die verdachte maar nog niet verboden stoffen die de NVWA aantrof was higenamine, een betrekkelijk eenvoudige stof die in kleine concentraties aanwezig is in eetbare zaden van de Lotusbloem. In reageerbuizen heeft higenamine ongeveer dezelfde eigenschappen als clenbuterol, maar higenamine is nooit getest op mensen. Of sporters iets hebben aan higenamine weten we dus niet zeker, en we weten ook niet zeker of higenamine wel veilig is. Maar toch circuleren er tientallen pre-workout-formules, energiepillen en bodybuildingsupplementen met higenamine.
Als je de labels mag geloven, dan zitten er in die producten extracten van de Lotusplant of andere planten die van nature higenamine bevatten. Een chemicus, die werkt op een lab dat van tijd tot tijd supplementen analyseert, vertrouwde me nog niet zo lang geleden toe dat hij die labels niet vertrouwt. “Toen we zo’n supplement analyseerden, vonden we pure higenamine”, vertelde hij. “Het was zeker geen extract. Als je een extract analyseert, zie je een hele reeks piekjes. In een extract zit nooit maar één stof. Je vindt altijd meerdere stoffen. Maar bij deze producten vinden we een knoepert van een higenamine-piek, en verder niks.”
Synthetische higenamine dus. Waarschijnlijk Higenamine HCL, geproduceerd door een Chinese bulkleverancier, en verhandeld via het internet.
Malafide makers van sportsupplementen halen die truc steeds vaker uit. Ze zoeken een stof uit met een mogelijke stimulerende werking en die volgens één of andere analyse ook in planten voorkomt. Of die stof ook echt werkt, en of die veilig is, dat interesseert ze nauwelijks. Hoe hoog de concentraties van die stof in planten is, ook niet. Vervolgens kopen ze een synthetische versie van die stof, en stoppen die in hun poeders en capsules. Zelfs proeven waarin onderzoekers de veiligheid van die stof hebben uitgetest op proefdieren zijn er vaak niet. De sporters die deze producten gebruiken fungeren als proefkonijn.
En zo kon het gebeuren dat in 2014 een dozijn Nederlandse atleten in de problemen kwamen nadat die allemaal dezelfde pre-workout-formule hadden gebruikt. Ze kregen last van hartkloppingen, stekende hoofdpijnen, trillende handen, slapeloosheid en een torenhoge bloeddruk. Omdat de NVWA het product snel van de markt haalde bleef de schade beperkt. Anders zouden er ongetwijfeld gebruikers een beroerte of een hartinfarct hebben gekregen.
DMBA
Het bewuste product bevatte higenamine, maar ook een andere obscure stimulerende verbinding met amfetamineachtige eigenschappen: DMBA, een stof die is verwant aan het in de sport niet onbekende DMAA. Volgens de producent kwam die DMBA uit een extract van Pouchongthee, maar de concentraties in die thee zijn zo verschrikkelijk laag dat voor één dosis enkele duizenden kilo’s thee nodig zouden zijn. Een synthetische stof, dus.
NDPEA
De lijst met verdachte stoffen die in sportsupplementen is aangetroffen is inmiddels akelig lang. In 2014 ontdekten laboratoria bijvoorbeeld de amfetamine NDPEA in sportsupplementen die volgens het label extracten van de Dendrobium-orchidee zouden bevatten. Chemici achten het echter onwaarschijnlijk dat die stof in de natuur voorkomt, en gaan ervan uit de amfetamine is gesynthetiseerd.
Een jaar voordat NDPEA opdook in supplementen, onderschepte een Zuid-Koreaanse politiedienst een partij met pure NDPEA. Aanvankelijk dachten de Koreanen dat een kartel de stof als designerdrug op de markt wilde brengen, maar dat is niet gebeurd. Wellicht was de zending bestemd voor de supplementenindustrie.
Nog brutaler
Het geklooi met extreme doses van synthetische versies van natuurlijke stoffen is op zichzelf natuurlijk al misdadig, maar het kan nog erger. Een Pools laboratorium analyseerde in 2015 een pre-workout-formule van een bekend sportsupplementenmerk, dat volgens het label een extract van de Amerikaanse plant Acacia rigidula bevatte.
Producten met extracten van de Acaciaplant staan bij laboratoria in een kwade reuk. Supplementenmakers beweren dat ze ‘van nature’ een keur van stimulerende verbindingen bevatten. Ze verwijzen daarbij vaak naar onderzoek uit de vorige eeuw. Een stof die in deze eeuw het meest veelvuldig opduikt in sportsupplementen met Acacia-extracten is de amfetamine BMPEA. Toen onderzoekers van de Amerikaanse overheid nog eens goed naar Acacia rigidula gingen kijken, vonden ze echter geen spoortje BMPEA. Dat was ook te verwachten. Ik zal je een moeilijk organisch-chemisch verhaal besparen, maar BMPEA is een stof die in de natuur eigenlijk niet kan voorkomen. Hij kan alleen ontstaan in een laboratorium.
Affijn. Terug naar het Poolse laboratorium. Dat vond in de pre-workout-formule om te beginnen BMPEA – en nòg een andere amfetamine: NN-DMPPA. Niet één, maar twee synthetische designerdrugs in een supplement.
Het lab kwam de aanwezigheid van deze stoffen tussen twee haakjes op het spoor nadat een paar sporters bij dopingcontroles tegen de lamp liepen. Ze werden geschorst, maar hielden vol dat ze geen doping hadden gebruikt. Ze gebruikten alleen supplementen. En in supplementen zit toch geen doping?
Nee, als je supplementen gebruikt van een fatsoenlijk bedrijf, dan niet. Maar jammer genoeg weten we, dankzij het recente rapport van de NVWA, dat niet alle bedrijven op de markt even zuiver op de graat zijn.
Alternatief
Sporters die toch graag iets stimulerends willen gebruiken, maar geen zin hebben om zich op de van drugs vergeven pre-workout-markt te begeven, zouden het natuurlijk met de vertrouwde caffeïnepilletjes kunnen proberen. Of gewoon met sterke koffie.
Caffeïne is een sterke stimulant, maar het menselijk lichaam bouwt er onwaarschijnlijk snel een gewenning voor op. Via koffie, thee, frisdranken, chocolade, energiesupplementen, afslankpillen en andere producten krijgt de gemiddelde Nederlander dagelijks honderden milligrammen caffeïne binnen. Het effect daarvan is dat de gemiddelde Nederlander misschien wat minder goed slaapt, maar de oppeppende werking is door de gewenning minimaal.
Maar als je al die producten uit je dieet schrapt, en je lichaam de tijd geeft om de caffeïne te ontwennen, dan wordt caffeïne weer de doeltreffende stimulant die het eigenlijk is. Het ontwennen van caffeïne duurt een paar dagen, waarschuw ik je alvast. Je kunt last van hoofdpijn krijgen, en je een beetje neerslachtig voelen. Maar goed, dat gaat over. En vanaf dat moment maakt zo’n pilletje met 200 milligram caffeïne, of een flinke kop sterke koffie, in de gym of op het veld een levensgroot verschil.
Sporters hebben niet meer stimulantia nodig. Ze presteren beter met minder.
Willem Koert
Misschien vind je dit ook interessant?
De cons van probiotica
Over probiotica horen we alleen maar positieve dingen. Dat krijg je ervan, als producenten bijna volledig de wetenschappelijke agenda bepalen. Dat probiotica wellicht ook minder mooie kanten hadden, dat vertelden microbiologen alleen in besloten kring. Nu de maag-darm-leverarts Satish Rao de knuppel in het hoenderhok heeft gegooid, komt daar misschien verandering in.
Lang leve de multi
Groenvoer voor spieren
In de gym waar ik trainde toen ik nog piepjong was, twijfelden de jongens met de dikke biceps en brede schouders - waar ik verwoed probeerde bij te horen - frequent aan mijn verstand. Van mijn voedingsregime snapten ze maar weinig. Een goede voeding voor een bodybuilder bestond in hun ogen in de eerste plaats uit eiwitrijke producten en eiwitshakes. En in de tweede en derde plaats ook.